Met de camper naar .....

En ze leefden nog lang en gelukkig ......

Nadat we weer voor een paar dagen eten gekocht hadden zijn we vertrokken naar het 80 km verder op gelegen Rehburg-Loccum, wat ligt tussen de Weser en het Steinhuder Meer, midden in het afwisselende landschap van het Rehburggebergte en het natuurpark Steinhuder Meer. Bij binnenkomst zien we meteen een ooievaarsnest met jongen boven op de schoorsteen van een voormalige school.


Wat ook meteen opvalt is de andere bouwstijl vergeleken met waar we vandaan kwamen.De CP plaats ligt tegen de rand van het natuurgebied, dus als uitvalsbasis voor fietsers en wandelaars een prima plek voor een of twee dagen want er wordt druk gebouwd erom heen. Wij besloten na de lunch om te gaan fietsen omdat de wandelroute niet ingekort kon worden in verband met het moerasgebied en het eerste gedeelte ook hetzelfde was als de fietsroute. We fietsen 35 km rond het Steinhuder Meer en we waren niet de enigen, het is een geliefd gebied voor watersporters, fietsers en wandelaars en ook beslist de moeite waard door zijn grote gevarieerdheid. Je kunt merken dat de vakanties zijn begonnen. We stoppen regelmatig om te genieten van uitzichten en om te filmen en foto’s maken. In dit gebied is vroeger veen gestoken net zoals bij ons in de Peel en hier zagen we dan ook de blauwe kikker. Helaas was onze foto erg onscherp en moeten we genoegen nemen met een foto uit de brochure.

We fietsen door bossen, langs vennen en moerasgebied en genieten van al het moois. Onverwacht kregen we ook nog de rode wouw in het vizier die bezig was om een maaltje duif te verorberen. Wat een prachtig dier is het.


Langs de gemaaide tarwevelden was het een drukte van jewelste met ooievaars die nog een graantje mee wilden pikken en zelfs twee kraanvogels. Toch was er ook een flink baal moment toen Janny onderweg tot de ontdekking kwam dat ze een bedeltje van haar armband ergens een keer verloren is. Dit bedeltje met de naam Sietske stelde een baarmoeder voor met een baby en had ze van Roland gekregen bij de geboorte van Sietske. Het ringetje hing nog aan de armband dus het moet afgebroken zijn. Thuis maar eens goed de camper nakijken want wie weet….
Janny was de volgende ochtend vroeg wakker en is een half uur gaan wandelen om te genieten van de zonsopkomst, prachtig om te zien, laaghangende nevel, huppelende konijnen, fluitende vogels en af en toe het gesnurk van de Galloway koeien en dan langzaam de opkomende zon. Prachtig gewoon!


Rond half 10 zijn we vertrokken naar onze laatste sprookjesland, Bremen, waar we overnachten op de camperplaats aan de oever van de Wezer. Hier zijn meer dan 100 camperplaatsen want er is veel verloop omdat de meeste maar een of twee dagen blijven om de stad te bezoeken.
De camperplaats ligt 1,5 km van de oude binnenstad en rond de middag lopen we aan om onze stadswandeling te beginnen bij de St. Petri Dom. De twee torens van de kerk domineren het stadsbeeld van verre. Bijzonder van deze kerk schijnt de crypte te zijn waarin acht gemummificeerde lichamen in een glazen kist liggen van Zweedse officieren uit de Dertigjarige Oorlog, een Engelse gravin, een student en een pauper. Helaas was de crypte tijdens ons bezoek aan de kerk gesloten.

Naast de Dom zie je het oude stadhuis van Bremen staan. Dit gebouw is één van de indrukwekkendste en belangrijkste voorbeelden van de gotische baksteenarchitectuur in Europa. De begane grond was vroeger de overdekte markt waar stoffen en specerijen werden verhandeld. Hoewel 60% van de binnenstad in de Tweede Wereldoorlog is plat gebombardeerd en door brand is verwoest, heeft het stadhuis deze rampspoed overleefd, dankzij heroïsch optreden van de stadsbrandweer.

Onmiddellijk voor het stadhuis staat het standbeeld van Roland (ja hoor, daar is hij weer..) dat in 1404 werd ontworpen en symbool staat voor de stedelijke vrijheid; dit kalkstenen beeld verving een houten beeld uit 1366. Volgens de legende zal Bremen vrij en onafhankelijk blijven zolang Roland over de stad waakt. Het gerucht gaat dat er in de kelders van het stadhuis een tweede standbeeld verborgen ligt, zodat het snel kan worden vervangen voor het geval dat er iets met het huidige beeld zou gebeuren. We hebben de ‘stand-in’ niet kunnen vinden, maar waarom zou ik ook???

Iets verderop, in de richting van het oude gerechtsgebouw maar nog voor de Dom zie je in de straat het Gat van Bremen (Bremer Loch) liggen, een collectebus voor liefdadigheidswerk. Als je er een muntje in gooit hoor je de dierengeluiden van de Bremer Stadtmusikanten (de ezel, hond, kat en haan). Per jaar wordt er zo’n € 15.000 aan muntjes opgehaald, waarmee projecten in de stad worden ondersteunt.

We lopen verder naar het gerechtsgebouw dat aan het eind van de 19e eeuw is opgetrokken. Als je er voor staat en de rest van de omringende gebouwen weglaat waan je je in Parijs. Dat kan kloppen, want het gebouw is geheel in de Franse renaissancestijl gebouwd.

Via de Ostertorstraße lopen we naar de wijk Schnoor, het enige deel van de oude stad Bremen die het middeleeuwse karakter heeft behouden. Het is redelijk ongeschonden gebleven tijdens de bombardementen. De wijk dankt zijn naam aan de ambachten die met de scheepvaart te maken hebben. Dit was het gebied waar de touwslagers hun kabels (snoer, schnoor) maakten voor de zeilschepen. Het was daarmee ooit één van de armste wijken van de stad. De oudste huizen dateren uit de 15e eeuw, maar de meeste nog aanwezige huizen zijn in de 17e en 18e eeuw gebouwd.

Vanuit deze wijk dalen we af naar de rivier en volgen deze een paar honderd meter stroomafwaarts, totdat we bij de Böttcherstraße uitkomen. De panden aan deze straat zijn tussen 1922 en 1931 gebouwd op initiatief van een rijke koffiehandelaar naar een ontwerp van de architect Benard Hoetger. Hitler vervloekte de Böttchenstraße voor zijn expressionistische architectuur. De koffiehandelaar zou overwegen hebben zelfmoord te plegen na deze kritiek, maar zijn secretaris nam het voor hem op bij de despoot en dankzij hem is de straat ongeschonden gebleven.

Wij staan nu weer op de Markt voor het stadhuis en in een hoekje daarvan staat de bronzen sculptuur van de Bremer Stadtmusikanten met de haan bovenop de kat, die op de hond staat en die op zijn beurt weer op de ezel. Het is een mooi sprookje ter afsluiting van de Sprookjesroute. Voor we terug lopen nemen we nog even een drankje in een kloostertuin waar het een oase van rust is. Wat wel opvalt is dat de oude binnenstad echt autoluw is: je ziet er enkel bussen, trams en bevoorradend verkeer. Geen voorbij razende auto’s maar wel heel veel fietsers. Wat dat betreft doet de stad ons een beetje on-Duits aan.

Vanaf morgen rijden we weer langzaam naar huis.

Reacties

Reacties

susan

Wauw wat mooi allemaal. Hopelijk vinden jullie het bedeltje nog terug!! Ik duim... Hele fijne terugreis en kom veilig weer thuis. Liefs van mij...

Pam

Dank je wel dat ik weer mocht "mee reizen" .....was heerlijk vanaf mijn laptop al die mooie plekjes voorbij te zien komen....met uiteraard de leuke verhalen.....goede reis terug naar huis.....en ik zal duimen dat het bedeltje in de camper ligt !!
Groetjes, Pam
Velp.

Mariet

Het was weer een indrukwekkende reis ik heb er van genoten een goede terug reis kom goed thuis en we zien elkaar weer snel.

Harry Kijkduin

Weer erg genoten van de vele verhalen en mooie foto's.
En ja dan weer naar huis en het feesie gaat dan weer langzaam over naar het dagelijkse leven.
Maar ik denk als jullie de kleinkids weer zien je ook wel weer blij zal zijn.
Thx voor de vele keren mogen meekijken en beleven.
HAWS.

Maaike

Weer genoten van jullie mooie reisverslag, mooie foto’s ook!
Een veilige reis naar huis en hoop dat de bedel weer terug gevonden is!
Gr Maaike

{{ reactie.poster_name }}

Reageer

Laat een reactie achter!

De volgende fout is opgetreden
  • {{ error }}
{{ reactieForm.errorMessage }}
Je reactie is opgeslagen!