Met de camper naar .....

Solid as a Rock?

Cádiz

Waar in Nederland Nijmegen en Maastricht twisten om de eer van oudste stad (gesticht zo rond het geboortejaar van Christus), bestaat er in Spanje daar over geen twijfel. Cádiz werd, als oudste stad, in 1104 v.Chr. gesticht door kolonisten uit het Fenicische Tyrus, onder de naam Gadir, wat ommuurde stad betekent. Later werd de stad onderdeel van het Romeinse Rijk en kreeg het de naam Gades (209 v.Chr.). Door de Visigoten verwoest, werd Cádiz vanaf 711 opnieuw een grote uitvoerhaven onder de Moren, maar verviel in 1262 nadat de Castiliaanse vorsten het beheersten. Groot was de bloei, toen na 1492 Cádiz lange tijd het monopolie van de vaart op Midden-Amerika had. In september 1493 vertrok Christoffel Columbus vanuit Cádiz voor de tweede keer naar Amerika. Als thuisbasis van de Zilvervloot werd het vele malen door de Engelsen en Nederlanders aangevallen (o.a. ingenomen en geplunderd in 1596).

Cádiz wordt ook wel Habanita (Klein Havana) genoemd vanwege de historische relatie en gelijkenis met de Cubaanse hoofdstad. In de Spaanse koloniale tijd bestond er een belangrijke zeeverbinding tussen de twee havensteden en als gevolg daarvan lijken Cádiz en Havana veel op elkaar. Zoveel zelfs dat Cádiz ongemerkt stand-in was voor Havana in de Bondfilm Die Another Day. De beroemde scène waarin Halle Berry in haar oranje bikini uit de zee komt en met Pierce Brosnan een mojito drinkt, is opgenomen aan het La Caleta strand van Cádiz.

Waar in het binnenland in de zomer de temperaturen kunnen oplopen tot ver in de dertig, soms zelfs 40 graden, wordt het in Cádiz, dankzij het relatief koude zeewater in de zomer maximaal 32 gr warm; in de winter daalt het kwik niet tot beneden de 18 graden. Misschien zijn de mensen daarom in Cádiz zo hartelijk, waar dat elders in de grote steden in Spanje wel eens het tegenovergestelde wil zijn. Wij hebben onze camper in Santa Maria gestald, een klein stadje aan de overkant van de Baai van Cadiz en we moesten dus met een veerboot om Cadiz te bezoeken. De overtocht duurt een half uurtje en je stapt zo van de veerboot het oude historische centrum binnen. Het toeristenbureau heeft een aantal stadswandelingen uitgezet en die voorzien van een passend kleurtje op de straatstenen. Wij hebben ons van die lijnen niets aangetrokken en zijn kris-kras door Cádiz gezworven met zijn vele nauwe, maar heerlijk koele straatjes die bijna allemaal wel op een pleintje uitkomen. Op één van die pleintjes hebben ze in 1836 een overdekte markt gebouwd en die markt is nog steeds dagelijks in bedrijf. In het midden staan allemaal vishandelaren die hun, al dan niet in moten gehakte, vis verkopen en daar tegenover staan de stalletjes met Frutas y Verduras (leuk dat ze in het Spaans Fruit en Groenten zeggen). Tot slot staan in de buitenring allemaal eetkraampjes, af en toe afgewisseld met een dranktentje. Na een hele middag in het stadje rond gezworven te hebben vonden we het aan het eind van de middag welletjes en keerden we terug naar ons mobiel huis.

Van Cádiz naar Gibraltar is een ritje van iets meer dan 100 km en hoe meer je naar het Oosten rijdt, hoe heuvelachtiger het wordt. Kom je in het bekken van de Guadalquivir-rivier tussen Sevilla en Cádiz heel veel katoenplantages tegen, op de groene/gele heuvels na Cádiz grazen ontelbare stieren en soms zie je een herder wiens schapen en/of geiten de heuvels afgrazen.

Het landschap is erg afwisselend en je komt ogen tekort. Je ziet de eerste witte dorpjes (Pueblos Blancos) tegen een heuvel aan gebouwd die daarbij schril afsteken tegen het groen-gele van de natuur. Uiteindelijk komen we in La Linea aan waar we onze plek in de jachthaven vinden. We staan nu aan de voet van één van Zuilen van Hercules, zoals Gibraltar, aan de Europese kant, en Monte Hacho aan Afrikaanse kant als sinds meer dan duizend jaren worden genoemd.

Gibraltar.

Waarom Gibraltar? Eigenlijk is er maar één reden voor: omdat het nog kan. De soevereiniteit van Gibraltar is een belangrijk twistpunt van de Brits-Spaanse relatie omdat Spanje aanspraak maakt op Gibraltar. Gibraltar werd in 1704 tijdens de Spaanse Successieoorlog door een Engels-Nederlandse troepenmacht op Spanje veroverd. Het gebied werd vervolgens in 1713 onder de Vrede van Utrecht “voor altijd” overgedragen aan het Koninkrijk Groot-Brittannië waarna het een belangrijke basis voor de Royal Navy is geweest. Voor 1704 waren de Nederlanders echter ook al aanwezig toen in 1607 een Nederlandse vloot onder leiding van Jacob van Heemskerck in de Baai van Gibraltar bij verrassing een aldaar aangemeerde Spaanse vloot overviel. De Spaanse schepen werden volledig vernietigd tijdens de “Slag bij Gibraltar".

Het feit dat Gibraltar niet bij Spanje hoort, zorgde en zorgt voor spanningen tussen Spanje en het Verenigd Koninkrijk. Spanje heeft zich in het verleden soms vijandig opgesteld in dit geschil. Medio 1966 sloot Spanje voor korte tijd het grensverkeer naar en van Gibraltar en beperkte zowel de scheepvaart als de luchtvaart daarheen. In 1969 werd de grens volledig gesloten, wat grote problemen opleverde voor het wederzijdse woon-werkverkeer. Gibraltar moest in die tijd ook voor de eigen drinkwatervoorziening zorgen. Na de dood van Franco verbeterden de betrekkingen en in 1982 werd de grens weer geopend. De Spanjaarden bleven vasthouden aan lastige grenscontroles, terwijl die aan de andere grenzen al lang waren afgeschaft, en ook nu nog moet je jouw paspoort twee keer laten zien als je deze (binnen europese) grens oversteekt! Tot overmaat van de engelse ramp mag bij een eventuele Brexit, althans volgens de EU, Spanje als eerste bepalen wat er met de Britse enclave Gibraltar gaat gebeuren. Daar hebben de populisten in GB met hun stemmingmakerij over een Brexit zeker geen rekening mee gehouden. Daarom dus gaan we nu, zolang het nog kan, naar de Britse enclave Gibraltar.

Eigenlijk is Gibraltar niet veel meer dan een rotspunt in de Middellandse Zee, waar de officiële voertaal engels is en waar Britten op Engels grondgebied rechts rijden. Het zou voor te veel verwarring zorgen als vanuit Spanje komend, op het amper 7 km2 grote Gibraltar in een keer links moet gaan rijden. Wat bij ons voor verwarring zorgde: een gelijkvloerse kruising van de enige toegangsweg op Gibraltar met de start- en landingsbaan van het enige vliegveld aldaar; gelukkig was die wel geregeld met verkeerslichten, want anders zou je je kunnen afvragen wie er voorrang heeft!

Buiten de Rots, de Berberapen op de top van de rots en het tax-free inkopen van drank en sigaretten valt er in (of op) Gibraltar niet veel te beleven. Wij hebben Main Street afgelopen, even toegekeken bij het wisselen van de wacht voor het gouvernement (een echt en niet een namaak zoals in Maastricht) en zijn daarna de botanische tuin in gelopen, welke zeer de moeite waard is. Vervolgens ongeveer dezelfde weg terug en we hebben op die manier toch nog meer dan 5 uren in deze Engelse enclave doorgebracht, waar je om de haverklap geconfronteerd wordt met typische britse fish and chips (maar niet gewikkeld in de Daily Mirror van gisteren), real ale en english breakfast.

Casares

Als je zegt dat Casares een mooi wit stadje is dan is dat een onderschatting van zijn schoonheid. De meeste witte stadjes (pueblos blancos) zijn mooi, maar aan Casares kleeft iets speciaals. Zijn aanblik is zo bijzonder dat menige bezoeker met verbazing vanaf een afstand staat te kijken. Onze camperplaats was op de top van een heuvel, zo'n 2 km van Casares verwijderd, op een parkeerplaats bij de toeristeninformatie. Vanaf deze plek had je een prachtig overzicht over het stadje. Je ziet de bekende huisjes als waren het suikerklontjes opgestapeld tegen de bergwand reikend tot aan het vertrouwde Moors kasteel op de top van de heuvel. Je kunt haast niet geloven dat dit typische Andalusisch stadje maar 15 km van de lawaaierige kust af ligt waar de toeristen heen en weer razen; verbazingwekkend is ook dat de touringcars vol met dagjesmensen het stadje nog niet hebben ontdekt. Om in het stadje te komen konden we kiezen tussen een redelijke vlakke wandeltocht van bijna 40 minuten over de geasfalteerd weg of het voetpad bergaf en weer bergop dat ongeveer een kwartier zou vergen. Wij kozen voor het laatste en hebben daar geen spijt van gehad.

De wegen in het stadje zelf zijn tamelijk steil; her en der zagen we auto's geparkeerd staan op onmogelijk steile opritten. Ook hier waren de straatjes erg nauw en sommige huizen zijn alleen via trappen te bereiken. Uiteindelijk kwamen ook wij boven bij de ruïnes van het Moors kasteel aan, vanaf welke plek je een adembenemend uitzicht hebt. We zagen de rots van Gibraltar (zo'n 20 km verder), maar ook Monte Hacho in Afrika, aan de overkant van de Straat van Gibraltar, die daar ter plekke 18 km breed is.

Boven ons cirkelden de vale gieren, vogels met een spanwijdte van 2,5 meter. We hebben er tientallen gespot en ook dat is een prachtig gezicht. Na al dat moois rustten we even uit op een terras onder het genot van een drankje tegen een spotprijsje. Buiten de gekende toeristenplaatsen is het toeven een zegen voor jouw geldbuidel.

Morgen gaan we verder richting Cordoba, de vleespot van Spanje, en maken we een tussenstop in Olviera om daar over een Via Verde een dag te gaan fietsen.

De aanvullende foto's staan vanaf 21.00 uur (14 okt)op Album 2017-10 op Flickr



Reacties

Reacties

willem de wit

Als je jullie reisbeschrijving leest zou je haast een camper gaan kopen, mooi hoor !!!

Niek

Heerlijk verhaal om zondagsmorgens te lezen ! Willem moet maar een camper kopen , Roland heeft ons ook het laatste zetje gegeven. Gisteren op een ledendag van de nkc geweest. Zaal was afgeladen en iedereen heeft fantastische verhalen, kan niet wachten tot de winter voorbij is. Jullie lopen wel een week voor op het reisschema ! Ja zo volg ik jullie ook. Groetjes vanuit een zonnig Houten! Geniet er van.

Harrie S

Tjee mensen wat een prachtige foto's weer, zo helder en naast jullie goed te lezen verhalen ook zo aanvullend.
Gibraltar wel een apart gebeuren daar, een rots willen bezitten.....Engelsen blijven een apart soort mensen.
Thx weer voor alle mooie info !!
Groetjes, H.

Inge

Bij het zien van de katoenplantage foto moest ik gelijk denken aan een boek wat ik ooit gelezen heb: "als de katoen rijpt", ging (uiteraard) over de slavernij op de katoenplantages maar dan in Afrika. Wonderlijk dat ze ook in Spanje te vinden zijn. Verder weer een heerlijk verhaal om te lezen en de drang om ook zo'n reis te maken wordt steeds groter!

{{ reactie.poster_name }}

Reageer

Laat een reactie achter!

De volgende fout is opgetreden
  • {{ error }}
{{ reactieForm.errorMessage }}
Je reactie is opgeslagen!