Met de camper naar .....

Vízesések és Barlangok (van Watervallen en Grotten)

Zaterdag 11 mei vertrokken we naar het 30 km verderop gelegen Szilvásvárad, een klein dorpje aan de voet van het Bükk Nationaal Park dat bekend staat om zijn Lipizaner paarden en de Fátyol-waterval. We parkeerden de camper achter het treinstationnetje van de Waldeisenbahn, een antiek smalspoor treintje dat je in 10 minuten voor € 2,- naar boven brengt. Bovenop de heuvel aangekomen waan je, je in een aangelegd park, met picknickplaatsen, vers gemaaid gazon en prachtige wandelpaden; het is week-end en dus waren we er niet alleen. Per treinlading gingen er zo’n 100 personen naar boven, elke half uur twee treinen vol. Gelukkig is het wel zo groot dat je er nauwelijks last van hebt.

Watervallen worden meestal ingedeeld in het aantal meters verval en dan is de Fátyol-waterval maar een hele kleine; zijn verval is slechts een paar meter. Wat deze bijzonder maakt is zijn lengte: hij valt over 18 treden die samen 17 meter lang zijn. Vandaar ook zijn bijnaam: de Sluierwaterval.
Helaas is de rivier die de waterval voedt een regenrivier, dus als er weinig regen is gevallen is de waterval zelf niet krachtig en soms alleen maar een zielig stroompje.


We zijn in anderhalf uur rustig naar beneden gelopen, langs het riviertje, zagen forellen en andere vissen in de meertjes van de rivier zwemmen en genoten van het fluitconcert van de vogels.

Beneden aangekomen was er in het dropje ook nog een Concour Hippique aan de gang, internationaal zelfs want de omroeper deed het ook in het Engels. We hebben heel even naar het inspringen van de paarden staan kijken.

Vervolgens gingen we op weg naar Aggtelek, de grensplaats tussen Hongarije en Slowakije, waarbij net buiten het dorp Szilvásvárad plotseling een ree net voor ons de weg op sprong en vervolgens als een hinde het naastgelegen weiland door rende. Het ging zo snel dat Janny niet de gelegenheid had om het geheel op video of foto vast te leggen. Even dachten we “geen nood, de dashcam zal het wel opgenomen hebben”, maar toen we ‘s avonds controleerden bleek dat we vergeten waren er een opslagkaartje in te doen. Truus stuurde ons gelukkig via Slowakije naar Aggtelek over beduidend beter geasfalteerde wegen dan we aan de Hongaarse zijde van de grens zouden hebben gehad. In het laatste dorpje op Slowaakse bodem moesten we nog even goed opletten. Over de straat zwalkte een man die kennelijk veel te diep in het glaasje had gekeken en – waarschijnlijk ongemerkt – in zijn broek had geplast. Een stukje verderop zagen we een vrouw die – armen over elkaar – hem zeer boos stond te observeren of het zijn vrouw was? wie zal het zeggen Een paar kilometer verder kwamen wij in Aggtelek aan en installeerden we ons op een camping waar wel plaats was voor 150, maar waar we slechts met 3 campers stonden. Echt gezellig is dat ook niet.

Aggtelek is de naamgever van het Nationaal Park dat bekend staat om zijn druipsteengrotten: er zijn er 712 in totaal. Het merendeel is niet toegankelijk. Wij stonden zondagmorgen al vroeg voor de ingang van de Baradla Domica-grot, die naast de camping lag. Dit grottenstelsel heeft een totale lengte van 25 km en je kunt hier onder de grond van Hongarije naar Slowakije lopen. Natuurlijke ingangen naar de grot zijn al sinds de oudheid open en er zijn sporen van neolithische bewoning. Bij opgravingen zijn bijvoorbeeld 13 skeletten gevonden uit de steentijd. De eerste schriftelijke vermelding van de grot dateert echter uit 1549. Het eerste onderzoek werd in 1794 uitgevoerd en toen dacht men dat de grot niet groter was dan 1,8 km.

Onder begeleiding van een gids die alleen maar Hongaars sprak, hebben we een uur lang door het gangenstelsel gezworven en hoewel we toch wel wat gewend waren van onze bezoeken aan franse grottenstelsels waren we toch verbaasd over de omvang van deze en ook vanwege het kleurenspel. Wit van de kalk, rood vanwege de ijzerhoudende gesteenten en zwart omdat ze vroeger, voordat het elektrisch licht was uitgevonden, met brandende fakkels de grot in gingen en de roet die daar van af kwam neersloeg op de wanden en het plafond.
Op het diepste punt, 90 meter onder de oppervlakte, bevindt zich een hele grote zaal, daar waar twee ondergrondse rivieren samenvloeien. Deze zaal wordt de concertzaal genoemd vanwege de bijzondere akoestiek die hier door de natuur is gevormd. En ja hoor, hier vinden jaarlijks meerdere concerten plaats. Wij kregen hier een stukje klassieke muziek te horen en het klonk geweldig mooi. Na de middag hebben we nog een wandeling gemaakt.


De volgende etappe op maandag 13 mei brengt ons naar Tiszafüred, maar eerst maken we een kleine omweg naar Lillafüred om naar de Szinva-waterval te gaan kijken. De waterval in de rivier de Szinva in het Miskolc-gebied is niet van natuurlijke oorsprong. In 1920 begon de bouw van een neorenaissance-hotel aan het kunstmatige meer van Hamori. In de plannen van architecten en landschapsontwerpers waren er terrastuinen, evenals een waterval, waarvoor speciaal de richting van de Szinva-rivier werd veranderd. In hoogte bereikt de Szinva-waterval een hoogte van 20 meter en is daarmee de hoogste waterval van Hongarije. Op een zeer hete zomer, wanneer het water in het bovenste gedeelte opdroogt, wordt het kunstmatig toegevoegd. Het hele jaar door zijn er veel toeristen, vooral fotografen, voor wie de waterval een favoriet thema is voor hun werken. De toegang tot de hangende tuinen, waar de waterval valt, is gratis. Er is ook een smalspoorstation in de buurt, waar de trein vanuit de wijk Diosgyor naartoe rijdt.


Na twee weken nu in Hongarije te hebben rond gereden zijn er twee dingen die ons opvallen. De eerste is het respect van de andere weggebruikers voor fietsers en wandelaars. Wandelaars krijgen in de stad echt ruim baan en er wordt ruimhartig gestopt voor voetgangers die een weg willen oversteken. Wil je als automobilist een fietser passeren, dan moet je tenminste 1,5 m ruimte laten tussen jouw auto en de fietser. Dat betekent vaak dat je achter de fietser zult moeten blijven als er tegenliggers aankomen, en dat gebeurt ook. Op wegen zonder fietspaden is het dan ook echt opletten geblazen. Gelukkig is snelheid maken door de conditie van het wegdek (zoals Janny het noemt: een lappendeken met grote gaten) ook een hele uitdaging.

Hadden we in de jaren zeventig in Amsterdam het zogenaamde ‘witte fietsenplan’ en heeft Parijs dat een aantal jaren geleden ook ingevoerd, in Hongarije hebben de grote steden een variant: het groene elektrische steppen-plan. Op veel kruispunten in de stad vindt je op het trottoir een stalling voor elektrische steps. Heb je een kaartje, dan maak je die step daarmee los van de lader en kun je hem gebruiken. Heb je hem niet meer nodig, dan stal je hem bij een andere lader op het trottoir. Zijn in Nederland elektrische steps op de weg nog niet toegelaten, hier zoeven de gebruikers je voorbij.
Met enige vertraging kwamen we halverwege de middag in Tiszafüred aan, maar niet zonder haperingen. Truus liet het wederom eens afweten en ook de wegwerkers hebben hun steentje bijgedragen. We besloten om af te wijken van onze gewoonte om in het land van bestemming zo veel als mogelijk snelwegen te mijden: we zien graag wat van het land in plaats van geluidswallen e.d. Maar omdat de wegen toch hun beste dagen wel hebben gehad, kozen we er nu voor om 70 km over de snelweg te gaan. En uitgerekend voor onze afslag begonnen de wegwerkzaamheden zonder voor aankondiging en konden we onze afslag niet nemen. Gelukkig had Janny de naam van de afslag onthouden (Füzesabony) en konden we via de omleidingsborden toch op de goede weg terug keren. Inmiddels had Truus ons ook weer gevonden en zo draaiden we rond 3 uur de camping op.

Reacties

Reacties

Netty en Johan met een beetje

Met een beetje meer respect voor elkaar in t verkeer en in de natuur kom je n stuk verder.
Gelukkig helpt Truus mee om alles weer in goede banen te leiden.Op naar t volgende avontuur .
Liefs van ons🥰

Inge

Wij hebben in de loop der jaren ook al heel wat watervallen gezien en de mooiste zijn tot nu toe die van de Plitvice meren! En grotten, ook niet meer op 1 hand te tellen .......blijft fascinerend.
Grappig, de witte fietsen, ja ik ken ze nog maar ben groot fan van de elektrische stepjes! Geweldig, je sjeest ergens heen en zet ze ook weer ergens neer, ideaal.
Zo te lezen lijkt het wegdek dus veel op de erbarmelijke staat van wegen in Zuid Italië, daar werden buiten de autobanden en vering de kopjes en schoteltjes ook niet blij van.
Respect, dat is tegenwoordig zéker in ons land ver te zoeken, zowel in het verkeer als ja eigenlijk overal. Kan daar pagina's mee vullen maar ga jullie vakantie plezier daarmee niet bederven. Beetje lief zijn voor Truus, ook zij wil graag respect en geniet van de mooie dingen en elkaar!

Nel

Ziet er allemaal goed en mooi uit groetjes

Anny

Weer een paar verhalen in moeten halen. Wat een prachtige natuur en wat een rust.
Voor het Beatles museum hoef je trouwens niet naar Hongarije te reizen.....dat hebben we ook een in Alkmaar, waarbij je ook je ogen uitkijkt.
Geniet verder van jullie vakantie, dan genieten wij op afstand een beetje mee.
Groetjes van ons uit Leunen

Gijs, Sietske, Juna en Revi

Pap, ik voel een nieuwe carrière als Aardrijkskundedocent opkomen.. je kunt zo les komen geven in mijn klassen met al dat verval, verhang, type rivieren 😜

Klinkt als een mooi land! Misschien ook maar eens doen met de sleephut. Hier is het ook lekker nu. Tot snel op FaceTime!

Jos en Maria

Prachtige reis.. we genieten mee

Maria

Het is weer heel leuk om jullie reis op deze manier te volgen. We genieten van de foto's en de mooie verhalen. Prachtige natuur en al veel gezien!
Blijf ervan genieten en nog veel reisplezier! Groetjes uit Wanroij

Pam

Geweldige foto's waardoor ik heerlijk kan mee genieten van al het moois wat jullie aan natuur tegen komen.....en niet te vergeten de vertellingen die erbij horen....
groetjes uit Velp.

{{ reactie.poster_name }}

Reageer

Laat een reactie achter!

De volgende fout is opgetreden
  • {{ error }}
{{ reactieForm.errorMessage }}
Je reactie is opgeslagen!