Met de camper naar .....

Van Elisabeth tot Eleanor Rigby

De weersvoorspelling voor vandaag 8 mei was motregen en regen aan het einde van de dag. Het was bewolkt maar droog toen we van de camping wegreden. Truus had er weer even geen zin in , maar na opnieuw instellen konden we koers zetten naar Gödöllö waar het (op Versailles na) grootste barokke kasteel staat van Europa, beroemd geworden als het buitenverblijf van Elisabeth van Beieren (beter bekend als Sissi) en Keizer Franz Josef.


Het is gebouwd rond 1730 door graaf Antal Grassalkovich, een trouwe aanhanger van Maria Theresa. Het weerspiegelt de aristocratische levensstijl van die tijd. De balzaal is in witgoud geschilderd.


De kamers zijn versierd met fresco’s. Keizererin Elisabeth kwam hier graag om te ontsnappen aan het benauwende hofleven en vooral haar schoonmoeder. Ze ontving hier de créme de la créme van de Europese royals en organiseerde feesten en jachtfestijnen.

Bij de Hongaren was ze erg geliefd. Na haar dood in 1898 kwam het hofleven tot een abrupt einde. Frans Jozef kwam zelden in het kasteel. Er is in de loop der jaren het nodige gerestaureerd maar helaas is er nog een flink gedeelte van het gebouw wat in verval is.

Maar het was de moeite waard om het kasteel te bezichtigen. Het paleispark is een 28 ha grote Engelse tuin die er enigszins verwaarloosd uit zag.
Na de koffie zijn we doorgereden en zagen we het vlakke landschap veranderen in groen glooiende heuvels met volop klaprozen in de bermen. Af en toe zagen we grazende herten.


De route ging naar Hollókö een klein werelderfgoeddorpje met 380 inwoners, uniek in Hongarije, dat bekend staat om zijn ruim honderd jaar oude huizen. In het hart van deze nederzetting staat de kerk met een houten toren waarvan de geschiedenis teruggaat tot 1889.



Er gaat slechts één weg naar het dorp die je ook weer terug moet rijden. Eromheen liggen de prachtige witgekalkte paloc-boerderijen met veranda’s en dakspanen. Sommigen huisvesten ambachtelijke werkplaatsen.


Voor ons was het jammer dat het nog geen hoogseizoen is want dan dragen ze vaak hun beroemde Palóc volkskostuum. Rondom het dorpje liggen de groene heuvels en er heerst een oase van rust, een heel verschil met de drukke stad. We vervolgen onze weg naar het Lourdes van Hongarije: Mátraverebély- Szentkút. In dit plaatsje zou Maria in de kruin van een eik aan een stomme herdersjongen zijn verschenen en de jongen moest graven tot aan de wortel van de boom en het water drinken wat hij daar vond. Vanaf dat moment zou hij weer kunnen spreken. Sindsdien komen er veel pelgrims naar deze heilige plaats.


Wij kenden in elk geval het verhaal niet en waren desondanks ook nagenoeg de enige “pelgrims” die er rond liepen behalve het werkvolk dat met renovatiewerk bezig was. De bedoeling was om op de overnachtingsplek tot morgen te blijven staan om dan een wandeling te maken naar de kluizenaarsgrotten die je via het heiligdom kunt bereiken maar het is een relatief steile klim en dat gaat Janny niet lukken dus besluiten we door te rijden naar de camping in Eger en lassen we een extra rustdag in. De weg door de heuvels was een echte lappendeken met gaten, maar de omgeving was erg mooi en rond 17.15 arriveerden we op de camping. En op anderhalve druppel regen toen we net onderweg waren bleef het droog vandaag. Tot nu toe hebben we geboft met het weer..


Op deze Hemelvaartsdag hebben we heerlijk geluierd. Natuurlijk wel even wat huishoudelijke dingetjes gedaan zoals was wassen en met een vochtig doekje en dweil even door het huis want het was best stoffig. De campings die we tot nu toe gehad hebben waren sober qua sanitair ed maar erg schoon zowel binnen als buiten en de meeste hebben een wasmachine; je draait een wasje voor 2,50 per machine ( soms zit het gebruik bij de prijs in ) en daar hoef je het dus niet voor te laten. Onder een afdak hing de was lekker droog te wapperen en liggen wij weer onder frisse lakens. Heerlijk als je niets hoeft en met een mooi boek de dag buiten door kunt brengen. Morgen wandelen we naar de stad.

De zon scheen volop toen we tegen 10.00 naar de stad liepen. De stad Eger ligt de Hongaren na aan het hart omdat ze in de 17e eeuw de Turken voorgoed uit Hongarije verdreven. Symbool hiervoor is de “ Egri Bikaver” ( stierenbloedwijn), een rode wijn uit de regio. Een overblijfsel uit de Turkentijd is de 40 meter hoge minaret, waarop een kruis en een halve maan naast elkaar de vrede tussen beide landen symboliseren.


We lopen langs de kathedraalbasiliek die deels in de steigers staat en ook binnen is er een gedeelte afgeschermd. Gedurende onze wandeling telden we negen kerken op loopafstand.
Op het centrale DobĂł-plein staat de Minorieten kerk die gezien wordt als de belangrijkste kerk van het land, gebouwd tussen 1767 en 1773.


Op het plein waren we getuigen van twee ruziënde mensen en ze schreeuwden zo hard dat het bijna een volksvermaak was gezien de reacties van omstanders. Het plein wordt omringd door monumentale huizen en veel restaurantjes en ademt een gezellige sfeer uit. De Wienercappuchino bij de Italiaanse ijssalon op dit terras was heerlijk. Daarna zijn we via de Dobóstraat, ( vernoemd naar de beroemdste zoon van de stad) waar vroeger veel Duitse kunstenaars woonden naar de hoger gelegen Burcht gelopen.


De burcht heeft een gotische zuilengalerij en de stadsmuren zien er wat wonderlijk uit, omdat de Turken de burcht regelmatig aanvielen en nadat de Turken verdreven waren ( in totaal hebben ze Eger 91 jaar bezet) breidden Italiaanse bouwmeesters het fort uit. Ze gebruikten daarvoor restanten van vernietigende kerken en zo kan het gebeuren dat je er ook boogvensters en ornamenten in de stadsmuren tegenkomt. In 1522 hielden István Dobó en zijn mannen 40 dagen stand tegen de Turkse aanval. Dappere vrouwen goten vanaf de kantelen kokende pek op de Turken. De overwinning van Dobó is een heldhaftige kroniek in de Hongaarse geschiedenis.
Vanaf de burcht heb je een prachtig uitzicht over de stad.


Na dit bezoek zoeken we een gezellig plekje op om te lunchen en dat was deze keer bij de Griek. Vervolgens lopen we naar het Beatlesmuseum. Ja , je leest het goed. De eigenaar van het museum ( zelf ook muzikant) is al meer dan 40 jaar fan en verzamelaar van alles wat met de Beatles te maken heeft. En je valt van de ene verbazing in de andere als je de hoeveelheid spullen ziet die hij heeft. We zagen zelfs onder de loep een haar liggen van John Lennon. Voor de Beatle liefhebber is dit echt een aanrader en voor het geld hoef je het niet te laten.
We hebben er met veel plezier rond gelopen. Einde van de middag waren we moe maar voldaan weer op de camping. Morgen verlaten we Eger en gaan we de natuur opzoeken.

Reacties

Reacties

Harry S.

Geweldige berichtgeving weer en mooie foto's gelukkig zie ik ook wel blauwe luchten.
Soms is Maria wel streng vind ik, die jongen die niet kon spreken laten graven tot de wortels van de boom, maar ja het resultaat telt wel.
Weer erg bedankt voor all uit een voor mij onbekend gebied.
Groet, HAWS.

Maaike

Hongarije heeft veel moois te bieden een rijke cultuur waar jullie optimaal van genieten! Goeie reis verder!
Gr Maaike

Inge

Nou wat een verhaal weer, hartstikke leuk en jullie zien van alles! Van barok tot werelderfgoed en de Beatles en alles daar tussenin. Grappig dat je ook zo kan genieten van een wapperende was en schone frisse lakens. Boffen met het weer tot nu toe, af en toe een niks doen dagje, het leven kan soms zo eenvoudig zijn…….

Netty en Johan

Elke keer weer genieten van.jullie reisvethalen en de mooie plaatjes!!

{{ reactie.poster_name }}

Reageer

Laat een reactie achter!

De volgende fout is opgetreden
  • {{ error }}
{{ reactieForm.errorMessage }}
Je reactie is opgeslagen!