Met de camper naar .....

Op weg naar Jan de Groot

We waren vroeg wakker en konden op tijd vertrekken vanuit Inverness naar Golspie (109 km) We laten nu de steden achter en gaan de Highlands in. De NC500 , ook wel “Route 66” van Schotland genoemd is een adembenemende 800 km lange weg die van nature de ruige kusten van de Noordelijke Hoog-landen volgt en maakt het tot de ultieme roadtrip voor degene die de schoonheid van Schotland willen ervaren. En je kijkt echt je ogen uit. Onze eerste stop was bij Glenn Fairy Falls voor een wandeling in een natuurreservaat. Je loopt stroomopwaarts over een pad wat langs een klein riviertje loopt om uiteindelijk bij een waterval uit te komen. De vallei is goed bebost met beuken, eiken, lijsterbessen, essen varens en sleutelbloemen.


Naast de waterval loopt het pad omhoog en kruist dan een steile helling waar je een tweede waterval ziet. Dit laatste stuk hebben wij niet gelopen omdat het behoorlijk drassig was van de flinke regenbui de dag ervoor. Dus zijn wij dezelfde route terug gelopen. Heel bijzonder was dat we ergens halverwege de route een paal met een metalen collectebus zagen staan waar gevraagd werd om een donatie om de natuur in stand te houden.

We stoppen onderweg nog even om weer boodschappen te doen, te lunchen en te tanken en dan is het alleen maar genieten. Prachtige vergezichten, gele velden met gaspeldoorn die hier nog volop in bloei staat, schapen en Hooglanders gebroederlijk in dezelfde wei, talloze zeevogel-kolonies. afgelegen vissersdorpjes etc etc We stoppen op de parkeerplaats bij Struie Hill waar je een adembenemend uitzicht hebt over de omgeving en dalen daarna weer af om in het plaatsje Goldspie op een gemeenschappelijke parkeerplaats met 4 camper plaatsen te overnachten.

We staan direct aan het strand en aangezien het weer prachtig weer is zetten we onze stoelen op het grasveld ernaast en genieten we van de bedrijvigheid in het dorp en aan zee. Er werd ‘s avonds veel gebruik gemaakt van de pick-nicktafels en dan was het vooral fisch and chips en pizza’s wat er op de tafel stond.
‘s Avonds hebben we nog een wandeling door het dorpje en langs de kust gemaakt.

De volgende ochtend stonden we om kwart voor 10 bij Dunrobin Castle dat vlakbij lag voor een bezichtiging. Het is het grootste kasteel van van Schotland in de noordelijke hooglanden met 189 kamers. Ook is het een van de oudste continue bewoonde huizen van GB , daterend uit het begin van de jaren 1300, de thuisbasis van de graven en later de hertogen van Sutherland. Het kasteel en zijn tuinen hebben veel weg van een Frans kasteel en werd tijdens WO 1 (hier de Grote Oorlog genoemd) gebruikt als marinehospitaal en van 1965 tot 1972 gebruikt als jongensinternaat.


Aan hetgeen er tentoongesteld werd kon je zien dat de Sutherlands op goede voet stonden met de koninklijke familie. Wij hebben zo’n twee uur alles bewonderd en het was de moeite waard. We hadden geluk dat we als eerste naar binnen konden want toen we het kasteel verlieten stonden er de nodige bussen en auto’s.


We vervolgen onze route en stoppen onderweg nog een keer bij een gasleverancier omdat we een lege gasfles hebben; helaas kon hij ons niet helpen maar was hij wel zo vriendelijk om een collega te bellen waar we morgen een gasfles op kunnen halen.


Omdat het nog redelijk vroeg was zijn we naar de camping gereden in John O’Groats (Jan de Groot dus), dit is het meest noordoostelijke plaatsje op het vasteland van Engeland. Het plaatsje is vernoemd naar Jan de Groot, een Nederlander die in 1496 het veerrecht tussen het vasteland van Schotland en de Orkney-eilanden kreeg van de koning van Schotland. Het plaatsje zelf doet je denken aan Volendam of Urk met vooral veel souvenir winkels. Hoe Jan de Groot hier ooit terecht is gekomen vertelt de geschiedenis niett. Vanaf de camping kijk je op de eilanden en op dit moment zien we de zon langzaam zakken boven de eilanden. En wederom was het vooral genieten van de natuur.


We komen nu in het dunst bevolkte gebied van Noord-Schotland, waar de internet-verbindingen slecht zijn. Dat is ook de reden voor dit korte verhaaltje met wat minder foto’s. Er gaan waarschijnlijk een paar dagen in met radio-stilte, dus als je even niets van ons hoort: don't panic.

Reacties

Reacties

Pieter en Wil van Dee

Wat een leuk verhaal weer. Bezoeken jullie nog de Orkney's. Veel plezier met het reizen door dit prachtige land.

Hanni

Wat een prachtige natuur.

Roland

Nee, de Orkney’s slaan we over. Onbeboste groene hellingen komen we nog genoeg tegen.

Inge

Nou die Sutherlands lieten het breed hangen zeg, toe maar! Wel prachtig hoor the dining room en de garden mag er ook wezen! Komen wij aan met onze postzegeltuin……..
De natuur in 1 woord schitterend, je blijft oh en ah roepen.. moet ik altijd denken aan het liedje destijds van kinderen voor kinderen: “en bij elk bossie hooi zegt mijn moeder oh wat mooi” hahaha maar ik snap het wel want doe het zelf ook ?

susan

Wat mooi weer deze foto's met jullie verhaaltje erbij. Prachtig die tuin en de ligging, de zee op de achtergrond. De natuur is echt schitterend in Schotland. Genieten met een hoofdletter. Goeie reis verder :-) liefs van ons

Richard, Zinnia en Mirte

ziet er weer geweldig uit hoor. Ben toch best wel jaloers :)

{{ reactie.poster_name }}

Reageer

Laat een reactie achter!

De volgende fout is opgetreden
  • {{ error }}
{{ reactieForm.errorMessage }}
Je reactie is opgeslagen!