Met de camper naar .....

De Grote Uittocht uit Ierland

Op korte afstand van Cork ligt het havenstadje Cobh op het Great Island, een van de drie grote eilanden in de haven van Cork. Cobh ligt tegen een heuvel met de mooie St.Coleman’s Cathedral.

De stad heeft door de geschiedenis heen al verschillende namen gehad. De eerste was Cove, naar de Cove of Cork ofwel de inham van Cork. In 1849 kreeg de stad na het bezoek van Queen Victoria de naam Queenstown. Toen Ierland in 1922 onafhankelijk werd kreeg de stad haar oorspronkelijke naam terug, maar dan in het Iers geschreven: Cobh; de uitspraak is als Cove.

De geschiedenis van Cobh heeft alles te maken met de grote emigratie van Ieren die vanuit deze haven vertrokken, in totaal zo’n 1,5 miljoen tegen 10 miljoen over geheel Ierland. Daarnaast is Cobh als laatste vertrekhaven van de Titanic bekend.

Nadat we in de haven op de camperplaats geparkeerd hadden zijn we het stadje in gelopen en een van de eerste bezienswaardigheden die we zagen was een standbeeld van Annie Moore en haar twee broers.

Zij was de eerste emigrant ooit in Ellis Island toen het officieel geopend werd op 1 jan. 1892. 20 december en op 15 jarige leeftijd zeilden Annie en haar jongere broers vanaf Cork Queenstown op de SS Nevada op het tussendek en kwamen 12 dagen later aan. Het standbeeld, waarvan een evenbeeld staat op Ellis Island, staat symbool voor alle Ieren die dezelfde weg hebben afgelegd.

Vervolgens hebben we een bezoek gebracht aan de Titanic Experience. We kregen allebei een toegangskaart in de vorm van een passagiersticket met naam.

Roland was voor even John Flynn 42 jaar, een man met vrouw en zes kinderen die al een aantal jaren in Pittsburg U.S.A werkte in de metaalindustrie en in maart terug ging naar Ierland om zijn jongste zus te helpen op de boerderij. Onverwacht moest hij een maand later na een brief van zijn vrouw terug naar Amerika en hij kon alleen nog een derdeklas ticket boeken op de Titanic. Janny kreeg het ticket van Elisabeth Doyle 24 jaar die in 1911 tijdelijk naar Ierland terug ging om haar vader te verplegen. Om geld uit te sparen reisde ze derde klas i.p.v 2e klas zoals op de heenreis en dat heeft haar waarschijnlijk het leven gekost omdat bijna alle passagiers die derde klas reisden op de Titanic zijn omgekomen.

Op deze manier blijven de mensen die omgekomen zijn in herinneringen voort leven; heel bijzonder en het maakt het verhaal ook levendiger. Wel moet je het verhaal van de alom bekende Titanic film even vergeten want dat strookt grotendeels niet met de echte feiten. We kregen middels een gids een z.g rondleiding op de Titanic en die was enigszins teleurstellend. Er was een tweede en derde-klas kamer te zien zoals die er indertijd uit zag en dat was het wel zo’n beetje afgezien van het verhaal dat afwisselend door de gids en de ‘kapitein” op een scherm werd verteld. Op de foto een tweede klas kajuit.

Wat ons nog wel is bijgebleven dat op de Titanic de passagiers derde klasse niet zelf hun voedsel voor onderweg hoefden mee te nemen, maar dat ze drie maaltijden per dag kregen, bereid door de keukens op het schip; de Titanic was het eerste schip waarop dit niet meer hoefde. Tot slot: een kaartje 2e klasse kostte 12 pond (omgerekend naar huidige waarde € 750,-) en een derde klas kaartje was 8 pond (€ 500,-)

Hierna hebben we een kleine klim gemaakt om de prachtige kerk te bekijken. Van daaruit heb je ook een prachtig uitzicht op de omgeving.

St. Colman's Cathedral is een architectonisch neogotisch meesterwerk en een belangrijk religieus bouwwerk dat hoog boven de straten van Cobh uitsteekt. Dit indrukwekkende monument dateert uit 1868 en de constructie ervan heeft ongeveer 47 jaar geduurd. Het heeft een Carrillon met 49 klokken en is de grootste in Ierland en het Verenigd Koninkrijk.

Omdat we toch wat meer wilden weten over de geschiedenis van Ierland en de emigratie zijn we naar het Cobh Heritage Centre gegaan. Hier scheepten we in als Danyell Gookin op het schip: The Flying Heart in 1620 en als Fr.Frank Browne op de Titanic in 1912.

In 1791 zeilde de “Queen” uit Cork haven. Ze was het eerste schip met 159 gevangenen die verscheept werden naar Australië. (daarvoor gingen ze naar Canada) Tussen 1791 en 1853 werden 30.000 mannen en 9.000 vrouwen verscheept als veroordeelden uit Ierland naar Australië. Hun misdrijven bestonden uit diefstal tot moord en de overheid beschouwden verscheping als een ideaal middel van het verwijderen van criminelen uit overbevolkte gevangenissen en deze te plaatsen in een land waar arbeiders nodig waren.

Sinds 1700 zijn er 9-10 miljoen Ieren geëmigreerd. Deze uittocht was het gevolg van armoede, misoogsten, het gebrek aan kansen, het systeem van het land en de grote hongersnood als gevolg van de mislukte en wijdverspreide aardappeloogst. Emigratie werd als enige kans gezien om te overleven.
In perspectief gezien, in 1840 had Ierland 8,5 miljoen inwoners en nu 4,8 miljoen.

Verder was er de geschiedenis te zien van o.a de Titanic en de Lusitania die op 7 mei 1915 op weg naar New York met 1959 mensen aan boord door een torpedo van een Duitse U-boot tot zinken werd gebracht. 761 mensen werden gered.
Het was een boeiende dag en we zijn weer heel wat wijzer geworden over Ierland en zijn inwoners.


Vanmorgen, 6 augustus, was onze eerste stop in Waterford. Deze stad werd in 853 gesticht door de Vikingen en later uitgebouwd door de Anglo-Normandiërs en is de oudste stad van Ierland.

Het was en is een belangrijke havenstad en het hart van Waterford wordt gevormd door zijn wereldberoemde kristal fabrieken die sinds 1783 hier gevestigd zijn. Elke dag wordt er twee ton gesmolten kristal omgevormd tot de prachtigste creatie’s.



We hebben een stadswandeling gemaakt van 5 km en kwamen o.a langs het enorme stenen fort Reginald’s Tower vernoemd naar Ragnaal, de stichter van de stad. De onneembare, 3 m dikke muren schijnen de eerste te zijn in Ierland waarbij gebruikt is gemaakt van mortel: een primitieve specie van bloed, kalksteen, bont en modder.

Verder zagen we heel veel prachtige muurschilderingen die de grauwe huizen wat meer kleur geven.

Onze volgende en laatste stop van deze dag was New Ross waar we een kijkje hebben genomen op een waarheidsgetrouwe reproductie van het Dunbrody Famine Ship, een emigranten schip uit 1845. En ook hier kregen we weer een ‘passenger ticket’ en gingen we terug in de tijd. Behalve de gids waren er ook figuranten aan boord die hun verhaal vertelden over hoe het er op zo’n schip aan toe ging.

Op het hoogtepunt van de hongersnood in 1847 waren er 313 passagiers aan boord en er waren vier eersteklas kajuiten, maar de prijs hiervoor was erg hoog dus de meeste zaten tweedeklas met een gezamenlijke ruimte en moesten de bedden gedeeld worden met soms wel 10 personen.

Er heerste altijd volledige duisternis en er was 1 emmer voor iedereen om je behoefte te doen. Wassen kon ook niet dus je kunt je voorstellen hoe het na een tocht van 50 dagen daar geroken moet hebben. Koken moesten ze op het dek op een vuurkorf en ze kregen elke dag een half pond rijst, meel of haver en elke week 3,5 pond scheepsbeschuit want bij storm of slecht weer kon er op het dek niet gekookt worden. Het is dan ook begrijpelijk dat niet iedereen de reis overleefden en ze noemden deze schepen ook wel “doodskistschepen”.

Je kunt het je bijna niet voorstellen wat voor een ellende die mensen mee hebben moeten maken.

Na de indrukwekkende bezichtiging hebben we het bezoekerscentrum nog bezocht waar we heel veel bekende Amerikanen zagen die Ierse roots hebben zoals b.v de Kennedy’s, Grace Kelly, Walt Disney, Henry Ford (jawel, die van de auto’s) etc. etc.

Morgen bezoeken we het Irish Nationale Heritage park. De overige foto's van vandaag staan in het album Ierland 05 op Flickr.



Reacties

Reacties

Netty en Johan

waauw. wat een belevenis!!!!!

Dorien

??

{{ reactie.poster_name }}

Reageer

Laat een reactie achter!

De volgende fout is opgetreden
  • {{ error }}
{{ reactieForm.errorMessage }}
Je reactie is opgeslagen!