Met de camper naar .....

In het spoor van de pelgrims

Na een hartelijk afscheid van Annie en Lammert, die alweer een stuk opgeknapt was vertrokken we uit St.Jean Pied de Port. Slingerend met de nodige haarspeldbochten door de Pyreneeën reden we bijna ongemerkt Spanje binnen. Bij de Ibiñeta-pas zijn we even gestopt bij een kapel om te genieten van het uitzicht.

De eerst volgende stop was weer na een paar kilometer in Roncevalles, hier staat een heel groot klooster dat onderdak kan bieden aan 2000 pelgrims. We hebben daar even rond gelopen en koffie gedronken. Natuurlijk moest er even een foto gemaakt worden van Roland bij het kilometerbord naar Santiago omdat hij twee jaar geleden hier ook was tijdens zijn pelgrimage. Voor mij heel bijzonder om al die plaatsen te zien en een beetje het pelgrim gevoel te ervaren.

Menig pelgrim zijn we voorbij gereden en mijn respect voor al deze wandelaars en fietsers is alleen maar toe genomen want het is echt afzien. In Pamplona, waar Roland zijn tocht eindigde hebben we boodschappen gedaan en gegeten om vervolgens naar onze camperstandplaats te gaan in Logroño. Het is inmiddels een stuk minder warm (25 gr.) en we krijgen in de avond meestal ook een regenbui te verduren.

Logroño

We kwamen begin van de middag aan en zijn niet op de camperstandplaats gaan staan maar een paar honderd meter verder op een parkeerplaats onder de bomen; in de campergidsen wordt dat ook aangeraden en zo stonden we met ruim 10 andere campers in de schaduw. We stonden een kilometer van het centrum van de stad af. Nu is Logroño niet echt bijzonder; alleen de centrale kathedraal is een bezoekje waard. Helaas was de kerk gesloten en tot overmaat van ramp begon het ook nog te regenen zodat we maar terug zijn gegaan naar de camper.

De weg van Logroño naar Burgos over de Spaanse hoogvlakte is erg eentonig, kleine dorpjes die onbewoonbaar lijken te zijn, rode aarde, gemaaide korenvelden en het lijkt of er geen einde aan de weg komt. En veel , heel veel zwetende pelgrims die nergens in de schaduw kunnen lopen.

Santo Domingo de la Calzada in La Rioja.

Het plaatsje ligt op de pelgrimsroute, de camino, naar Santiago de Compostela waar de overblijfselen van de apostel Jacob de Meerdere begraven zouden liggen. In de kathedraal van Santo Domingo de la Calzada ligt het graf van een andere heilige, Domingo García, naar wie de plaats is genoemd. Deze vrome man legde in de elfde eeuw aldaar een verharde weg (calzada) aan. Om de pelgrims die op weg waren naar Santiago te faciliteren, construeerde hij bovendien een brug over de rivier de Oja en bouwde hij een hospitaal en een kerk. De gotische kerk met zijn barokke toren is al van ver te zien en beslist de moeite waard, even als het museum dat naast de kerk ligt.

De kerk is vooral bekend vanwege het hok waarin een levende haan en kip worden gehouden. Daar zit het volgende verhaal aan vast: In de veertiende eeuw was een echtpaar met hun 18-jarige zoon op pelgrimstocht naar Compostela. Tijdens de overnachting in Santo Domingo probeerde de dochter van de herbergier de zoon te verleiden, maar de jongen ging niet op haar avances in; hij had andere dingen aan zijn hoofd. Afgewezen en diep beledigd zon het meisje op wraak. Zij sloop de kerk binnen, haalde de kelk van het altaar en stopte dat in de knapzak van de jongen. De volgende morgen kwam de pastoor de herberg binnen en riep dat de kelk uit de kerk gestolen was. Alle bagage werd doorzocht en daarbij werd natuurlijk de kelk gevonden. De jongen werd diezelfde dag door de rechter ter dood veroordeeld en buiten de stad opgehangen. De bedroefde ouders vervolgden hun weg naar Santiago. Op de terugreis constateerden ze dat hun zoon nog levend aan de galg hing. Naar zijn zeggen was hij al die tijd door Jacobus ondersteund. De ouders gingen naar de rechter, die op dat moment net aan tafel zat. "“Uw zoon is net zo levend als de kip en de haan op mijn bord”. Meteen daarop kregen de beide vogels hun veren terug en vlogen luid kakelend van de tafel af. De rechter, overtuigd, liet de jongen losmaken en de dochter van de herbergier werd in zijn plaats opgehangen. Sindsdien hebben er steeds een levende haan en kip een plaats gekregen in de kerk.

Buitengewoon Burgos

We vervolgden onze weg om uiteindelijk plaats te nemen op de gemeentelijke camperstandplaats van Burgos met voorzieningen (water en loosplekken voor toilet en afvalwater). Deze ligt tevens tegenover een winkelcentrum met een grote supermarkt en slechts op 25 minuten loopafstand van het centrum van Burgos.

Ook al gaat jouw belangstelling niet uit naar kerken, als je in Burgos bent moet je zeker de kathedraal met een bezoek vereren. Voor 7 Euro mag je daar naar binnen en krijg je een audiofoon mee met een (Nederlandse) rondleiding. Wij hebben ruim twee uren in de kathedraal doorgebracht, van de ene in de andere verbazing vallend.

De Catedral de Santa Maria de Burgos is de op twee na grootste kathedraal van Spanje; alleen die van Sevilla en Toledo zijn groter. De bouw startte in 1221 in opdracht van Ferdinand III van Castiliëwaarna twee lange fases volgden waarbij verscheidene architecten, beeldhouwers en schilders uit verschillende landen betrokken waren. De schepen en portalen van de grotendeels gotische kathedraal werden in de 13e eeuw gebouwd; de gevelspitsen kwamen daar in de 15e eeuw bij. De kathedraal is drieschepig, heeft dwarspanden, veel kapellen en een zware vieringtoren uit de 16de eeuw. Er steken acht rijk versierde torentjes bovenuit. De monumentale westgevel heeft twee klokkentorens met opengewerkte spitsen met zaagvormig profiel.

In de kathedraal bevinden zich 13 kapellen, waarvan een paar zelfs zo groot zijn dat ze als kerk niet zouden hebben misstaan, en één daarvan is de Capilla del Condestable waarin een maarschalk (condestable) en zijn vrouw liggen begraven. Het ontwerp van deze grote kapel is van de hand van architect en beeldhouwer Simón de Colonia afkomstig uit Burgos. Een andere bekende kapel is Capilla de Santa Ana waar een imposant altaarstuk uit 1490 van de beeldhouwer Gil de Siloé(afkomstig uit Antwerpen) bekeken kan worden. Wat je ook zeker niet mag missen is het schilderij van de heilige Maria Magdalena, gemaakt door Leonarda da Vinci. Van de notenhouten stoelen van de koorbanken zijn alle motieven en houtsnijwerk verschillend en ze zijn bovendien voorzien van palmhouten inlegwerk. Tot slot vind je onder de centrale koepel het graf van El Cid en zijn vrouw.

El Cid

Rodrigo Díazde Vivar (Burgos 1040 - Valencia, 10 juli 1099) was een Spaanse ridder, beter bekend onder zijn bijnaam El Cid Campeador (Heer Kampioen) of kortweg El Cid. El Cid is Spanjes nationale held, zoiets als Michiel de Ruyter voor ons. El Cid is de edelstambetovergrootvader van onze kinderen (33 generaties terug). Over El Cid doen veel verhalen de ronde, niet altijd is duidelijk welke waar zijn en welke verzinsel, maar dat de ridder ook al bij leven een figuur was die tot de verbeelding sprak is staat vast. Zo had El Cid op een gegeven moment in zijn strijd tegen de Moren een aantal soldaten om zich heen verzameld en om die te kunnen betalen bezocht hij, met een grote kist, een prominente geldschieter. El Cid stelde zich op een buitengewoon vriendelijke manier voor en vertelde wat hij deed en hoe hij aan zijn zwaard was gekomen (dat was wijd en zijd bekend). De financier kreeg een werkelijk genereus aanbod: hij zou het benodigde geld aan El Cid mogen lenen. Als onderpand bood El Cid de kist, die volgens hem vol zat met goudgeel slijk der aarde, aan. Jammer genoeg was de kist op slot en had hij de sleutel verloren. Buitengewoon spijtig dat dit niet gecontroleerd kon worden. Maar El Cid was immers een man van eer en gaf zijn woord dat hij het geld met rente terug zou betalen. De financier slikte even, bedacht wie hij voor zich had en leende het geld. Toen El Cid weg was zette hij de kist weg en schreef het geld als verloren af. Op de afgesproken dag kwam El Cid weer op bezoek en betaalde het geld met rente terug. Nu werd het de financier te machtig. Hij wilde weten wat zich in de kist bevond. El Cid lachte en opende de kist en zei: “ziehier het goudgeel slijk der aarde: duinzand”. De kist staat nu in de kloostergang van de kathedraal.

Op het Plaza Mayor met kleurrijke gebouwen en een standbeeld van Carlos III, hebben we gelunched om daarna via de Arco de Santa Maríaterug te lopen. Deze wachttoren uit de 14e eeuw maakt deel uit de oude stadsmuur. Het emblematische Arco de Santa Maríawerd gebouwd ter ere van Carlos I, in Nederland beter bekend als keizer Karel V; de man aan wie wij de gulden te danken hebben. Je kunt als voetganger in Burgos uitstekend uit de voeten; door de nauwe straatjes in de oude stad rijdt bijna geen verkeer en langs de oude stadsmuur lopen prachtige esplanade's waar het onder de - veelal - platanen aangenaam vertoeven is. We hebben in ieder geval twee prachtige dagen in Burgos doorgebracht. En Janny is weer een waaier rijker om haar verzameling aan te vullen. (zal de laatste wel niet zijn.)

Castrojeriz

Nu staan we voor een paar dagen op de camping in Castrojeriz aan de Camino Francés om de was te doen, om te genieten van het weer (22 gr. en volop zon) en het uitzicht.

Zoals gebruikelijk staan de overige foto's op Flickr; wij zijn inmiddels met het album 2017-4 bezig.


Reacties

Reacties

willem de wit

Alweer een mooi verhaal met leuke feiten, en ik moet zeggen, de lunch op dat terras zag er goed uit :)

mariet

wat een prachtig verhaal en ook prachtige gebouweng geniet er van en nog maar drie maanden ge mariet

Ron

Janny en Roland,
Wat zijn jullie verhalen mooi!
Jullie hadden schrijver moeten worden!
Nog veel plezier en veilige kilometers toe gewenst.

{{ reactie.poster_name }}

Reageer

Laat een reactie achter!

De volgende fout is opgetreden
  • {{ error }}
{{ reactieForm.errorMessage }}
Je reactie is opgeslagen!